Vandaag gaat een lange dag worden met heel veel reizen.
Om half zes gaat de wekker. Peter gaat eerst nog even douchen. En om kwart over zes gaan we bij Starbucks aan de overkant koffie drinken. Zelfs om kwart over zes is er al druk verkeer langs deze weg. Tegen kwart voor zeven gaan we met het hotelbusje naar de airport. Er zijn nog twee klanten die eerst worden afgezet. Zij moeten namelijk bij gebouw 1 en 4 zijn en wij bij 7. En aangezien je over een driebaansweg een rondje langs de velden maakt, waren wij het laatst aan de beurt. In de hal zie je overal elektronische incheckmachines. Daar weten wij geen raad mee, zo wereldwijs zijn we niet. Dus we vragen aan een mevrouw waar we kunnen inchecken met een persoon er bij. Ze verwijst ons naar een “lange” rij en zegt er bij dat het wel een uur gaat duren. Nou is dat wat overdreven, maar we zijn alles bij elkaar wel een uur bezig voor we door alle controles heen zijn. De rij schuift langzaam op. Een bus Koreanen wordt door een reisleider bij het inchecken geholpen. Wat hebben sommige mensen toch een bagage bij zich. Wij doen lekker mee dachten we zelf met drie koffers, maar er zijn er die het altijd beter en groter kunnen. Dan zijn wij aan de beurt. De mevrouw die ons helpt, vertelt dat de koffers direct door gaan naar Amsterdam. Kijk, dat scheelt al weer heel wat werk in Chicago. Ze weet niet of we ook van gebouw moeten wisselen zoals we op de heenweg hebben mee gemaakt. Nou dat zien we dan wel. Ze vraagt ons of we onze stoelen willen opwaarderen naar Economy plus. Dat betekent dat je voor 99 dollar per persoon extra beenruimte koopt. Dat lijkt ons voor de vlucht van Chicago naar Amsterdam wel prettig dus dat doen we. De mevrouw vraagt naar mijn groene kaartje wat ik ingevuld moet hebben toen ik Amerika in kwam. Maar dat heb ik niet. We hebben als familie één zo’n formulier ingevuld en dat groene kaartje heeft Peter. O, o, als dat maar goed gaat. Dan door de TSA controle. Die Amerikanen zijn echt paranoïde. Je moet je schoenen helemaal uitdoen en op de band zetten. Nou kan ik me dat bij onze stevige bergschoenen wel voorstellen. Daar zou je nog van alles in kunnen stoppen. Maar wat kun je in teenslippers nou verstoppen? Maar ja, alle mensen zijn gelijk, dus ook die teenslippers gaan op de band. Wel grappig om te zien. Bij ons worden visitaties in een apart kamertje gedaan, hier mag iedereen door de ruiten heen meegenieten. Daar zijn ze dan weer niet zo preuts in. De controle meneer wil wel Peter zijn kleine waterflesjes hebben. Dus neemt hij nog snel een reistablet in met een slokje water. Achteraf misschien niet nodig geweest. Want we kopen later nog een fles water waar hij wel een heel doosje tabletten mee had kunnen innemen. Maar je kunt nou eenmaal niet in de toekomst kijken. Dus zekerheid voor alles, innemen die handel. Het kraanwater wat je in de wc kunt krijgen, is niet te zuipen zoveel chloor zit er in. Er is niemand die naar het groene kaartje vraagt. Na in totaal een uur wachten zijn we door alle controles heen en gaan we op weg naar gate 77. Ons vliegtuig gaat om 10.00 uur, dus we zullen nog even geduld moeten hebben. We gaan eerst nog maar een bakkie koffie doen bij de Starbucks. Je moet de goede koffie pakken wanneer je hem kunt krijgen. Bij onze gate zit een hele groep jongelui die we ook bij het inchecken al hadden gezien. Zo te zien zijn het joodse kinderen die naar een of ander sportevenement zijn geweest. Eén heeft zo’n joods petje op en er zijn een paar flinke neuzen bij. Er zijn er bij die een medaille om hebben. Ze hangen op de grond en een paar rijen stoelen een hele tijd rond. Ze bellen eens wat, ze internetten eens wat, ze kletsen heel veel. Ze zijn het blijkbaar gewend om veel te reizen, het maakt allemaal niet zo veel indruk op ze. Uiteindelijk pakken ze in een andere gate een vliegtuig naar Baltimore en Washington. Blijkbaar zaten ze alleen hier omdat hier meer ruimte voor ze was. De andere reizigers voor ons vliegtuig beginnen binnen te druppelen. Heel veel Hollanders zijn er bij. Je moet weer oppassen met wat je zegt, je kunt weer verstaan worden. Nou moesten we de hele reis wel oppassen, want Hollanders zijn echt overal. En we hebben er heel veel gezien en gesproken terwijl we hier aan het rond reizen waren. De dollar staat gunstig voor ons en dat kun je heel goed merken. En blijkbaar is vliegen via Chicago vanuit LA een prijsgunstige aangelegenheid, want er zijn er toch heel veel die dat doen. Of deze maatschappij is de goedkoopste. En die vliegt alleen vanuit Chicago op Nederland. Dus dan moet je wel. Nou goed, het wordt half tien en het inchecken begint. Wij zitten in instapcategorie twee. Rugzakken in de bovencompartimenten en wachten tot het spel gaat beginnen. We vliegen op tijd weg en 4 uur vliegen later (6 uur later in de tijd) kom je aan in Chicago. Dan hebben we al weer honger gekregen. Want tijdens die vlucht krijg je alleen wat pretseltjes en als je wilt een bakje met wat chips, smeerkaas en crackertjes voor 5 dollar. Dus op Chicago gaan we eerst op zoek naar onze nieuwe gate (g18) en dan naar voer. De gate is snel gevonden. De trap af, onder de weg door en de trap weer op. Voila, simpeler kan echt niet. Je hoeft het gebouw eigenlijk niet eens uit. Dan voer. Peter koopt een broodje met kalkoen en aankleding, ik neem nog maar weer eens een salade. Bij de gate eten we dat op. De gekochte fles water wordt aan gesproken. We zien wel of we hem mee mogen nemen. Anders drinken we hem gewoon leeg. Een mevrouw van de airline komt zeggen dat we ons bij een balie moeten melden voor de incheckprocedure. Daar wordt wel naar het groene kaartje gevraagd. Maar ze maakt er verder geen punt van. Wij gaan weer weg. We hebben onze centen daar gebracht. En we zijn eigenlijk niet meer interessant. We are done with. Oké. Geen douane gezien, nergens verder ons paspoort hoeven laten zien. De fles water mag gewoon mee het vliegtuig in. Rare jongens toch die Amerikanen. Tegen half zes lokale tijd gaat het inchecken beginnen. Weer categorie twee. Dus redelijk snel instappen en makkelijk je spullen in de compartimenten stoppen. Puzzelboekje bij de hand gehouden deze keer. We moeten nu 8 uur zien uit te zitten. Nu zijn we toch wel blij met het opwaarderen van onze stoelen. Een beetje extra ruimte is wel prettig. Het duurt even voor we gaan vliegen, maar onze reisleider op deze trip verzekert ons dat we op tijd en misschien zelfs wel te vroeg in Amsterdam zullen landen. Nou, we geloven hem maar op zijn woord. We vliegen niet zo ver over Groenland heen als op de heenreis. We vliegen meer over de oceaan volgens mijn schermpje. Ik hou niet van films en een sportkanaal zoals bij Singapore kennen ze hier niet. Dus laat ik hem maar op het vliegkanaal staan. We dutten een beetje. Ik slaap denk ik een half uur echt, want toen heb ik een eindje op mijn schermpje gemist. Maar verder komt er van slapen niet veel terecht. Daarna ben ik maar puzzeltjes gaan maken. En inderdaad tegen 9 uur Hollandse tijd komen we aan op Schiphol. Dat is een kwartier eerder dan gepland. Hij heeft ook een tijdje heel hoog (10.972 meter) en heel hard (1081 kilometer per uur) gevlogen. Dus daar zal die tijdwinst wel uit gekomen zijn. Geeft niks, we zijn er. We bellen Pauline dat we geland zijn. Ze komen ons met twee auto’s halen, anders kan de bagage niet mee. Dan gaan we op weg naar de douane en de koffers. De koffers komen op een andere band dan gepland. Er is net een vliegtuig uit Paramaribo geland. En daarvoor wordt een afhaalband helemaal afgezet voor de 100% controle. Iedereen die van elders komt moet uit de buurt blijven. Het duurt een hele tijd voor onze bagage komt. Er komt eerst een klein plukje om te laten zien dat er wat is meegevlogen. En dan een hele tijd niets. Uiteindelijk komt de rest. De eerste twee koffers hebben we redelijk snel te pakken. Maar die laatste hé. Dar is hij eindelijk. En dan geen douane te zien. Die staan allemaal bij het andere vliegtuig. Niemand is geïnteresseerd in onze T-shirts, mokken, bekers, dromenvangers, sleutelhangers. Nou dan niet. We gaan op weg naar de uitgang. Waar zouden ze staan? Bij de arrivals. Maar de borden wijzen twee kanten op. We gokken op de ruimte voor de treinhal waar de taxi’s ook staan. Goed gegokt. Als snel zien we een groen autootje. Moe en Pauline. Zoenen, omhelzen en huilen. Het hoort er bij. Moe heeft een prachtige bos rozen bij zich om ons welkom thuis te heten. Wat lekker. Dan zien we Hans ook. Hij stond op een hoekje, maar rijd nu een rondje om om ons in te laden. De bagage gaat bij moe en Pauline en wij rijden met Hans mee. We zijn weer thuis. Het is 10 uur ’s morgens in Nederland en voor ons is het 12 uur ’s nachts. Maar we gaan niet slapen. We gaan eerst koffie drinken met een taartje er bij. Verhalen vertellen. Opruimen en de was sorteren. 1e draai in de wasmachine gestopt. Dan gaan we boodschappen doen en bij Peter zijn vader en moeder langs. Maar die blijken niet thuis te zijn. Hé jammer. Pa belt later op. De telefoon doet erg raar, dus we bellen mobiel terug. Of we komen eten? Natuurlijk, gezellig en makkelijk. Eerst even douchen voor we gaan. Nou mooi niet. We krijgen geen warm water. Vink gebeld. Krijg je een bureau dat er voor gaat zorgen dat de monteur jou belt wanneer hij komt. Oké. Douchespullen mee naar pa en moe en de mobiele telefoon gereed. Wat een gemak toch zo’n ding. Zitten we net bij pa en moe, gaat de mobiel. De monteur is er binnen een half uur. Peter snel nog even douchen en dan gaat hij weer naar huis. Ik vertel ondertussen van onze vakantie. Tim is ook gearriveerd. Moe kookt het eten. Grauwe erwten bonen met botersaus. En sla natuurlijk. Jammie. Het is ondertussen al zeven uur geweest. Dus Peter gebeld hoe het gaat. Het duurt nog een half uur. De monteur moest eerst naar de zaak om onderdelen te halen. Om half acht nog eens gebeld. Ga maar vast eten. Hij komt er aan. Als we de bonen en sla net op hebben, komt hij om 8 uur binnengerend. We hebben weer warm water. Eten dan maar. Met elkaar nog toetje gegeten. Nog even een bakkie gedaan en om tien uur naar huis. Nou is het toch echt wel bedtijd. |